Kinderen voelen zich niet veilig in het AZC
19 mei 2021Kinderen voelen zich niet veilig in AZC's, naar aanleiding van die signalen startte werkgroep Kind in AZC een onderzoek. Arja Oomkens coördinator van Kind in AZC deelt in De Nieuws BV de resultaten van het onderzoek en Joeri Kapteijns bestuurslid van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers reageert.
Een gebrek aan privacy is één van de redenen dat kinderen zich onveilig voelen, vertelt Oomkens. Daarnaast zorgt corona ervoor dat de activiteiten die georganiseerd worden beperkt zijn. "We zien ook dat kinderen het lastig vinden om medewerkers aan te spreken. Alle medewerkers zijn aanspreekpunten in de opvang, maar er is geen toegankelijk vertrouwenspersoon. Kinderen zijn bang dat het tegen hen wordt gebruikt in een asielprocedure."
Momenteel wonen er zo'n 7000 kinderen in AZC's in Nederland, vertelt Kapteijns. "We nemen de aanbevelingen zeer serieus. Het leven in een AZC is niet ideaal, voor niemand en zeker niet voor kinderen." In het verleden zijn er al verbeteringen doorgevoerd, zo noemt Kapteijns enkele voorbeelden. "Op elke locatie hebben we een contactpersoon voor kinderen, we organiseren een groot aantal activiteiten, we financieren zwemlessen en zorgen dat kinderen na aankomst snel naar school kunnen."
52 aanbevelingen
Volgens Oomkens blijft er nog een groot deel liggen, daarom heeft de werkgroep 52 aanbevelingen opgesteld. Zo wil Kind in AZC dat er verbeteringen worden doorgevoerd om de privacy te verbeteren. "We willen dat in kaart wordt gebracht of het voor kinderen duidelijk is waar zij signalen van kindermishandeling kunnen melden, en of zij dit ook durven te melden. Daarnaast willen we dat er één aanspreekpunt komt, het is belangrijk voor kinderen om één toegankelijk vertrouwenspersoon te hebben."
Tot slot noemt Oomkens het onverwachts verhuizen als een belangrijk aandachtspunt. "We zien dat het ministerie haar best heeft gedaan om het aantal verhuizingen naar benden te brengen, maar vanuit kinderen krijgen we terug dat iedereen dit nog steeds mee maakt." Niet alle aanbevelingen zijn haalbaar volgens Kapteijns. "Heel veel dingen kunnen de komende periode gerealiseerd worden. Sommige dingen kunnen gewoon niet, daar moten we eerlijk in zijn. Mensen wonen dicht op elkaar, je moet voorzieningen met elkaar delen en dat is nou eenmaal hoe we het in Nederland georganiseerd hebben."