Logo

"Je bent zelf verantwoordelijk voor je gevoelens" - Frans Poos

"Je bent zelf verantwoordelijk voor je gevoelens" - Frans Poos

20 januari 2023

Oh ja? Maar als ik verliefd ben en mij heel goed voel bij een ander, dan ligt dat toch aan haar of hem, bij wie ik mij zo op mijn gemak voel. Iedere keer als ik bij haar/hem ben, voel ik dat en wil ik dat opnieuw ervaren. Dus ga ik opnieuw naar haar/hem  of komt zij/hij naar mij. Het is het gevoel dat mij daarin versterkt. Het is mijn gevoel.

Omdat je bij een ander dat gevoel niet hebt, ‘verleidt’ dat te denken dat het door die ander komt. We zijn echter zélf verantwoordelijk voor onze gevoelens. Die kunnen weliswaar door een ander worden opgeroepen, maar ook alleen maar als die gevoelens er zitten. Een ander kan gevoelens bij mij oproepen, zeker, maar dan moeten die gevoelens er al wél zijn.

Friedrich Nietzsche, de Duitse filosoof, leerde ons dit al:
‘We worden niet verliefd op de Begeerde Ander, nee we worden verliefd op onze Eigen Begeerte.’

Anders gezegd en psychologisch verklaard: projecties van onszelf (onbewust) op de ander. Vervolgens hechten we onszelf aan die projecties.

Wij willen dat gevoel van begeerte dat ons zo doet verlangen naar die ander, steeds weer opnieuw beleven. We kunnen het zelfs beleven zonder dat die ander in de buurt is, maar je wilt dat het tastbaar en/of voelbaar wordt. Om de begeerte intenser te beleven drijft het ons naar de begeerde ander.

Niet de jonge vrouw met haar kort rokje of diep decolleté is verantwoordelijk voor mijn lustgevoelens -  zij roept dat door haar uiterlijk wel op -  maar de verantwoordelijkheid voor die gevoelens ligt toch bij de eigenaar, de bezitter van die gevoelens. Want het is natuurlijk ook mogelijk dat ze die ‘begeertige’ gevoelens niet wil oproepen bij mij. Dus wie is er dan verantwoordelijk voor die gevoelens?

Rotgevoelens of boosheid verlangen ernaar dat ze geuit worden (‘het moet eruit!’). Doorgaans is een ander dan degene op wie die gevoelens en gedachten geprojecteerd worden - anders gezegd - op wie die nare gevoelens afgereageerd worden.

En het is natuurlijk ook veel gemakkelijker die ander verantwoordelijk te stellen voor jouw rotgevoelens. Dan heb je ook meteen een goede reden om je op die ander te richten, boos op hem of haar te worden. Het lucht op! Wel is het afhankelijk hoe de ander reageert op de beschuldigingen en aantijgingen.

Wij willen dergelijke negatieve gevoelens ook liever niet tot onze verantwoordelijkheid nemen, maar we zijn natuurlijk wel zèlf verantwoordelijk.

Gevoelens

Zo ook met angstgevoelens. Het ligt toch aan die ander waarvoor of voor wie je bang bent?  Nee, dat ligt aan jou zelf. Het zijn jouw gevoelens. ‘Ergens’ diep van binnen heb je zelf de keuze gemaakt bang te worden. Neem daar dan ook de verantwoordelijkheid voor.

Wij zoeken de oorzaak voor onze gevoelens – goede of slechte, maakt niet uit - meestal buiten onszelf. Maar ze zijn binnen in onszelf ontstaan! Verantwoordelijkheid nemen voor je eigen gevoelens, geeft je ook de motivatie om er wel of niets mee te doen. Je creëert daarmee je eigen vrijheid.
Een ander wordt bijvoorbeeld bij diezelfde persoon niet angstig en jij wel. Wie is dan verantwoordelijk voor die angstgevoelens?

Soms kan het zijn dat de dreiging van die ander jou soms geen andere keuze laat dan je angstig te voelen. Het gedrag van de ander is daarin  dan een dominante factor. Jij voelt je gewoon bedreigd. Die ander is dan verantwoordelijk voor zijn/haar (dreigend) gedrag, jij bent het voor het jouwe, jouw angst.

Al deze voorbeelden tonen aan dat je niet verantwoordelijk kunt zijn/bent voor het gevoel van een ander. Je kunt wél invloed hebben op het gevoel van een ander. Je kunt namelijk gevoel bij een ander oproepen, maar dan moet dat gevoel er bij de ander al zijn.

Er zijn situaties denkbaar dat het in je voordeel kan zijn als je invloed hebt op het gevoel van een ander. Bij het al dan niet gewenst contact maken bijvoorbeeld. Immers, contact ontstaat pas na wederzijdse, meestal onuitgesproken, toestemming. Is er die niet, dan is er ook geen contact.

Mohammed cartoons
Laten we nu maar eens een gevoelig onderwerp kiezen uit de actualiteit van alle dag: de Mohammed cartoons. Er zijn verschillende voorbeelden van Mohammed cartoons te geven, laat ik het houden bij de meest recente. In Frankrijk is een leraar, Samuel Paty, vermoord en onthoofd, omdat hij in een klas Mohammed cartoons liet zien. Dat zijn  getekende afbeeldingen van de profeest Mohammed die door sommige moslims als beledigend worden gezien.

De belediging die veel moslims ervaren bij Mohammed cartoons, komt voort uit dezelfde verwarring over verantwoordelijkheid voor gevoelens, zoals ik hiervoor heb getracht te omschrijven.

De eerste vraag die ik zou willen stellen is:
wie is verantwoordelijk voor de gevoelens van moslims wanneer deze zich beledigd voelen. Dat is de zich beledigd voelende moslim zelf. Het zijn haar of zijn gevoelens!

Is daar alles mee gezegd? Nee!
Is die tekenaar van die Mohammed cartoons niet verantwoordelijk voor het beledigde gevoel van die moslim?
Nee! Maar de tekenaar is wél verantwoordelijk voor wat hij doet, hij tekent (een afbeelding). Hij is daarvoor niet strafbaar, want hij tekent slechts. Maar goed, er is dus een tekenende partij (de cartoonist) en er is een beledigde partij (de moslim)

In relationele zin kan de tekenaar het beledigde gevoel van de moslim bagatelliseren of negeren. Dat kan door de ander (de moslim) als onsympathiek en/of arrogant of als een asociale houding worden ervaren. De moslim kan het gevoel hebben dat hij/zij niet serieus wordt genomen.

Als de relatie van de cartoonist tot de beledigde moslim goed is en hij niet de aanleiding wil zijn voor het beledigde gevoel, kan hij besluiten deze cartoon niet meer te publiceren uit respect voor de gevoelens van de betreffende moslim. NIET uit verantwoordelijkheid voor diens gevoelens. Want de tekenaar is niet verantwoordelijk voor de gevoelens van de moslim. Deze keuze is er dus.

De cartoonistzegt dus tegen de moslim: ”Ik ben niet verantwoordelijk voor jouw beledigde gevoel, maar wel voor de keuze om mijn tekening te maken en deze wel of niet te publiceren.”

De moslim stelt zich jegens de cartoonist op het standpunt: “Ik weet dat je niet verantwoordelijk bent voor mijn gevoel van belediging, want dat ben ik zelf, maar weet dat ik het als beledigend ervaar als jij zo tekent. Ik doe een beroep op jou vanuit medemenselijkheid om deze cartoon niet meer te publiceren. Mijn gevoel hoeft niet leidend te zijn voor jouw handelen, maar ik vraag het aan je.”

De cartoonist antwoordt daarop: “Als ik weet dat jij mijn tekening ervaart als een belediging dan kan ik in alle vrijheid de keuze maken jou de tekening niet te laten zien. Ik maak die keuze niet uit angst, maar uit genegenheid voor jou, moslimbroeder en -zuster.”

Laat eenieder zijn/haar eigen verantwoordelijkheid nemen!

Dan is alles mogelijk!

Frans Poos
www.poostherapie.nl